Heeft huis-aan-huisverkoop nog een toekomst?

Test-Aankoop waarschuwde de voorbije dagen voor sommige, onfrisse praktijken bij de huis-aan-huis-verkoop van energiecontracten. Volgens FEBEG, de Federatie van Belgische Elektriciteits- en Gasbedrijven geeft deze communicatie een veeleer partijdig en onvolledig beeld van de huis-aan-huis verkoop. Huis-aan-huisverkoop is volgens FEBEG "een commerciële, legitieme en wijdverspreide aanpak (...) binnen de energiesector en ook binnen andere sectoren. Dit schept het beeld dat de energieleveranciers systematisch oneerlijke praktijken zouden toepassen, wat onjuist is. Talrijke indicatoren bewijzen integendeel dat klantentevredenheid een van de eerste prioriteiten is van de leveranciers. De leveranciers zijn bovendien voorstander van de invoering van een kwaliteitslabel voor de huis-aan-huisverkoop."

Wat commercieel, legitiem en wijdverspreid is, hoeft daarom nog niet efficiënt of duurzaam te zijn. Veel (potentiële) klanten worden net afgeschrikt door een dergelijke aanpak, en hetzelfde kan worden gezegd over de telefonische prospectie, een andere commerciële aanpak die geregeld onder vuur ligt. FEBEG spreekt niet toevallig zelf over een kwaliteitslabel. De huis-aan-huis verkoop houdt echter positieve aspecten in, zegt FEBEG, want hij laat toe om personen te bereiken die soms passief zijn en die anders nooit actief gebruik zouden maken van de vrijgemaakte energiemarkt: "Huis-aan-huisverkoop staat voor een menselijke aanpak die toelaat om de beter behoeften van de klant (in situ) te kennen, om uitleg te kunnen geven over de voorgestelde producten en diensten en om te kunnen antwoorden op de gestelde vragen (een aanpak die grotendeels verschillend is van de transacties via het internet)."