We need to talk en DDB Brussel roepen politieke partijen op het matje

We moeten eens praten, over hoe miljoenen euro’s van ons belastinggeld naar partijfinanciering gaat. Met dat bedrag behoren Belgische politieke partijen tot de rijkste van Europa. Organisatie We need to talk schakelde DBB Brussel in om deze problematiek te vertalen in een digitale campagne, die awareness creëert rond een transparantere regelgeving. 

De campagne  

‘We need to talk’ is een luide kreet naar politieke partijen en staat voor de stem van de belastingbetaler over partijfinanciering. DDB stond in voor de naam, vormgeving en sociale campagne. Ze leggen daarbij de realiteit van politieke financiering bloot aan de hand van licht absurde, maar tegelijk realistische stellingen. ‘Kan een politieke partij investeren in een bugalowpark in de Ardennen?’ Of ‘Mogen politici zelf beslissen hoeveel geld naar hun partij gaat?’ 

Over We need to talk   

Elk jaar ontvangen Belgische politieke partijen meer dan 75 miljoen euro aan subsidies. Sommige partijen hebben zo'n groot vermogen dat ze een deel van hun financiering investeren in onroerend goed of de aandelenmarkt, in 2022 gaven ze zo’n vijf miljoen euro uit aan sociale media advertenties. Dit bewijst dat er vrijwel geen onafhankelijke controle is op de partijfinanciering.

Politici, deskundigen, maatschappelijke organisaties... iedereen erkent dat het systeem moet veranderen. Daarom lanceren We need to talk en DDB We Need To Talk, een burgerdebat over de herziening van de partijfinanciering. Hun doel is de politieke impasse doorbreken door een groep burgers de tijd en de informatie te geven om hervormingsvoorstellen te formuleren die door brede bevolking worden gedragen.

Aan de hand van deze campagne wilt We need to talk bewustzijn creëren en reflectie opwekken bij geëngageerde burgers. Want wat politieke partijen met ons geld doen, gaat ons allen aan. Laten we daar dan ook samen over praten.