Consument ergerdt zig aan taalfauten

Taalfouten op websites en webshops hebben een negatieve weerslag op het imago én de omzet van een onderneming. Omgekeerd kan het belang van wervend taalgebruik nauwelijks overschat worden. Dat zijn de voornaamste conclusies uit onderzoek van Arteveldehogeschool. Onderzoeksters Nathalie De Boeck, Edris Van Lil en Aurélie Welcomme gingen na wat het effect is van taalfouten en wervend taalgebruik op de websites en webshops van eenmanszaken en kmo’s.

Het onderzoek liep een jaar en bestond uit twee delen: een grootschalige enquête ingevuld door 600 consumenten aangevuld met experimentele A/B-testing en diepte-interviews met 23 ondernemers. De resultaten zijn op z’n zachtst gezegd opmerkelijk: liefst 75 % van de ondernemers en consumenten ergert zich aan taalfouten. Spellingsfouten zijn de voornaamste bron van irritatie, van kortbij gevolgd door dt-fouten.

Kopen? Misschien (niet)

“Zelfs wij schrokken een beetje van die cijfers," zegt Edris Van Lil, docent Copywriting en Storytelling in de opleiding Organisatie en Management. “Consumenten verbinden bepaalde overtuigingen aan taalgebruik op websites en dat heeft ontegensprekelijk gevolgen voor de ondernemer. Zo linken potentiële klanten taalfouten direct met de betrouwbaarheid, professionaliteit en kwaliteit van de aangeboden dienst of het product. Bijna 73 % van de consumenten geeft aan dat taalfouten hun visie op het imago van het bedrijf beïnvloeden, terwijl ruim 65 % zelfs zegt dat taalfouten gevolgen hebben voor hun koopintentie.”

Omgekeerd komt de positieve impact van wervende taal duidelijk naar voren. Vooral het effect op het consumentenvertrouwen is sprekend: ruim 83 % van de respondenten stelt dat men een bedrijf dat online wervend taalgebruik hanteert, sneller als betrouwbaar ervaart. Werk aan de winkel voor ondernemers dus, want dit grootschalige en diepgaande onderzoek toont concreet aan dat taalgebruik op hun websites een belangrijke (economische) impact heeft.

Ook in de lessen

Tegelijk hebben diezelfde ondernemers naar eigen zeggen behoefte aan taalondersteuning, en dat zowel in de retail- als in de dienstensector. “Opvallend daarbij is dat bedrijfsleiders aangeven graag hun eigen teksten te schrijven, maar dat ze een beroep zouden doen op individuele coaching en begeleiding," zegt Nathalie De Boeck, docent Marketing en Communicatie in de opleiding Bedrijfsmanagement. “Het ontbreekt hen vaak aan taalexpertise en tijd, maar ondernemers willen wel leren om daarna zelf de handen uit de mouwen te steken.”

Net daar liggen mogelijkheden voor eventuele vervolgprojecten. “Sowieso nemen we de inzichten uit het onderzoek mee in onze lessen," besluit het duo. “We kunnen onze studenten nu zwart op wit tonen hoe belangrijk professioneel taalgebruik is in de digitale wereld. Daarnaast hopen we later dienstverlening en tools te kunnen aanbieden aan ondernemers die dat vragen. De cijfers en noden van het werkveld liggen er, nu kunnen we op zoek gaan naar direct inzetbare oplossingen.”