Charleroi slijpt z’n messen

Vertaalde artikels

Of er in Charleroi veel te beleven valt op het vlak van media en evenementen? Wat het vroeger was is het vandaag alvast niet meer. Dat zeggen toch enkele lokale spelers uit de sector. Rondvraag in de schaduw van de steenkoolbergen…   - Frédéric Vandecasserie

Om de wereld even op z’n kop te zetten: het zijn in Charleroi de laatkomers die het misschien beter weten. Zoals Annie Bozzini bijvoorbeeld, directrice van Charleroi Danse. Zij nam eind 2016 de teugels van die structuur in handen na twintig jaar aan het roer te hebben gestaan van het Centrum voor Choreografie van Toulouse. “Ik had over Charleroi maar matige dingen gehoord moet ik toegeven,” bevestigt ze. “Maar ik heb altijd geleerd om mijn eigen oordeel te vellen. Bovendien kwam wat ik hoorde vooral van mensen die niet op de hoogte waren van de verbeteringen in de stad. Zelfs ik volgde de acties in het begin alleen van ver. Maar het moet gezegd: dat de burgemeester een prioriteit maakte van het culturele en evenementiële luik was meer dan nodig.


Een imago om op te krikken

Want de stad komt van ver. Ze werd ondermijnd door de zaak-Dutroux, gekenmerkt door onophoudelijke bouwwerken en misbruikt door sommigen van haar ambtenaren. Het was dus niet gemakkelijk om de stad terug op de investeerdersplannen krijgen. Maar er werd gewerkt en het werd een echt paradepaardje, eentje met de vier ijzers stevig op de grond. Dat bevestigt Claudia Gathon, directrice van B4C (Business for Charleroi). “Onze businessclub streeft vooral een dubbel doel na,” legt ze uit. “Ondernemers uit de regio Charleroi verenigen om samenwerkingsprojecten aan te moedigen en andere regio’s van het land kennis laten maken met wat er hier gebeurt. De club werd zo’n elf jaar geleden opgericht om het negatieve imago dat de stad bleef achtervolgen te doorbreken. Op dit moment tellen we ongeveer 300 leden, gaande van KMO’s (75%) en grote bedrijven (25%) uit een breed scala sectoren zoals retail, de vrije beroepen en de evenementensector.”

 

Evenementen in overvloed

 

Wat betreft evenementen gewijd aan communicatie is er onder meer het bedrijf 50 NSE, dat zich bezighoudt met zowel privé-evenementen als events voor het grote publiek. Onder andere de Village de Noël en tot voor kort nog Quartier d’été, een initiatief dat de Place de la Digue omtovert tot een event in Brussel Bad-stijl. “De kerstmarkt telde op zijn beurt ongeveer 120.000 bezoekers. Het was een groot succes,” zegt Julie Cordemans, zaakvoerder van het bedrijf, enthousiast. “Deze initiatieven zijn niet gericht op een internationaal publiek, en dat trekken we ook niet aan. Maar we krijgen wel steeds meer bezoekers uit de vier uithoeken van het land, wat ik uiteraard erg leuk vind.”

Of het Charleroi nu helemaal voor de wind gaat? Nog niet helemaal. Dat het imago van de stad een boost gekregen heeft, kan niemand ontkennen, maar er is nog veel werk. Cordemans verduidelijkt: “Wat betreft evenementen doet Charlerloi het nog steeds niet even goed als de Vlaamse steden. We hebben nog wat in te halen. En toch… recent waren onze Nederlandstalige partners wel verrast over de kwaliteit van ons werk voor klanten Orangina en Schweppes. Het gaat de goede richting uit…” Dat vindt ook Annie Bozzini, die over een pak ‘provinciale’ ervaring beschikt doordat ze nog in Toulouse gewerkt heeft. “In tegenstelling tot Frankrijk is er in België geen sprake van enorme centralisatie. Hier zijn artiesten het gewoon om overal te werken. Het enige wat nodig was, was Charleroi terug op de kaart zetten. Gelukkig ging dat zonder al te veel zorgen.” Onder meer dankzij samenwerkingen. “We hebben een partnerschap opgezet met de Université Ouverte de la Fédération Wallonie-Bruxelles, hier in Charlerloi gelegen. Het gaat om een Master in dans, zodat we hier dansers kunnen opleiden en we de naam van de stad overal kunnen doen weerklinken. Bovendien heb ik de indruk dat ons cultureel en evenementieel aanbod erg rijk en gevarieerd is voor een stad van deze omgang, toch in vergelijking met wat ik elders heb gezien.”

“Het is zelfs moeilijk om een week te vinden waarin er niets gebeurd in Charleroi,” besluit Claudia Gathon. “Dat zorgt voor een zekere competitie tussen de verschillende spelers, maar is uitstekend voor de gezondheid van de stad. We gaan nu niet klagen dat er hier te veel gebeurt, we komen van zo ver!”