CIM Out-of-Home krijgt nieuwe modellering

In november 2017 publiceerde het CIM de eerste hybride Out-of-Home studie waarin klassieke interviews (CIM en openbare mobiliteitsenquêtes) werden gecombineerd met big data inzake verkeer (GPS-gegevens van wagens, verkeerstellingen, openbare statistieken). Dat liet toe om de verplaatsingen te modelleren van de Belgische 12+ populatie over heel het grondgebied gedurende een gemiddelde week. Sinds de eerste publicatie is de studie voortdurend verrijkt: in april 2018 werd de metro omgeving toegevoegd en in februari 2019 werden nieuwe types van digitale affichages geïntegreerd.

De publicatie 2020-1 is de eerste publicatie op basis van de tweede volledige modellering van verplaatsingsgegevens. Daarbij werden nieuwe gegevensbronnen gebruikt en de methodologie werd verfijnd om dichter bij de realiteit te komen: de virtuele populatie werd geüpdatet aan de hand van de Golden Standard 2016-2017; de modellering van verplaatsingen met het motief‘andere’  (bv. winkelen, hobby’s, sport, enz.), goed voor 70% van alle verplaatsingen, werd verbeterd; het gebruik van Proximus gsm-gegevens als referentie voor het bestemmingskeuzemodel en het gebruik van het herhalingspatroon van geobserveerde verplaatsingenafkomstig uit de CIM studie en openbare enquêtes.

Daarnaast integreert de studie voortaan ook de treinstations, wat het mogelijk maakt voor de markt om de prestaties van borden binnen de stationsgebouwen en op de perrons te evalueren, alleen of gecombineerd met borden in een andere omgeving (straat of metro).