Dagelijkse metamorfoses

Vertaalde artikels

S1030003
Darwins vulgaat had op de dagbladpers kunnen worden toegepast. Niet alle titels, verre van, kunnen beweren dat ze de gouden eeuw van de jaren 50 en de uitdagingen van « digital first » gekend hebben.  Le Soir en La Libre vertellen ons enkele van de wendingen die hen van het Belgique à papa naar de millennialgeneratie brachten.  - Olivier Standaert
Laurence Lacour vergist haar in haar onderzoek naar de Villemin-affaire (Le Bûcher des innocents) in 1984 niet wanneer ze schrijft dat de media in die tijd een gouden leven leiden waarin radio, televisie en pers de markt delen met een robuust publiek en een comfortabel inkomen. Aan het begin van een van de meest gepubliceerde evenementen van de vorige eeuw bereikt de kracht van traditionele media een hoogtepunt. En de dagbladpers, in Frankrijk en in België, krijgt een groot deel van de markt. Bijna dertig jaar geleden hoeft ze zelf niet op te boksen tegen de radio’s of magazines, en nog minder tegen televisie, die dan nog maar net in zijn kinderschoenen staat. De dagbladpers is dan de koningin van informatie, zonder rivaal.  Zestig jaar later zijn veel dagbladen verdwenen uit kiosken wachten ze op historici in de archieven van bibliotheken.
Om vandaag te zijn wat ze zijn, hebben twee van de meest gerenommeerde en gevestigde mediamerken in het Belgische medialandschap, Le Soir en La Libre Belgique, zichzelf voortdurend opnieuw uitgevonden. Het werkwoord kan vandaag zo duidelijk klinken, maar het vertaalt wel een noodzaak: de markt van de pers is gestaag gegroeid met de schok op sociaal, economisch en technologisch vlak.
We kunnen ook institutionele factoren toevoegen. Bernard Marchant, ceo van Rossel, uitgever van onder andere Le Soir en de titel Sudpresse in onze contreien, herinnert ons eraan dat aan het begin van de jaren 1960 een titel als Le Soir “genoot van een brede verspreiding in Vlaanderen, met als gevolg een pool van potentiële lezers die veel groter is dan vandaag. Onze persen drukten tot zes edities per dag in Brussel. Ze draaiden non-stop. De institutionele evolutie van België naar een federale staat heeft de kranten geleidelijk teruggetrokken naar slechts één van de twee taalgemeenschappen.”
S1020008
Achtergrondwendingen
Aan het einde van de oorlog staat La Libre Belgique stevig in haar rol van « politiek conservatieve » krant. Het is een bloeiende krant, die ook een glimp voelt van andere trends en andere verwachtingen van zijn lezerspubliek. Redactioneel denken is een van de belangrijkste keerpunten in de geschiedenis van de krant.  Francis Van de Woestyne, voormalig hoofdredacteur en hoofdredacteur sinds 1980, getuigt: “Jacques Franck, die in 1984 de leiding nam, nodigde ons uit om, ik citeer: “de ramen te openen”. La Libre moest zich aanpassen aan zijn tijdsgeest, zei een Franse consultant die bij ons een opdracht vervulde, nadat hij Ouest France had begeleid. Dat hebben we dan ook gedaan met de hele redactie, en de opbrengst van deze verandering kunnen we vandaag nog voelen, in de manier waarop La Libre en drager is van maatschappelijke debatten die met inhoud worden behandeld, vooral met zijn lezers. Onze slogan « Het debat is open » verlengde later dit keerpunt dat op lange termijn zeer gunstig was.”
De komst van wekelijkse culturele en economische bijlagen versterkte de verkoop in het kielzog van deze redactionele verschuiving. In 2002 verandert het formaat naar tabloid, zoals de meeste titels in Europa. Daarna is er de komst van « compact » in 2008, nieuwe illustraties van de permanente evoluties van het dagelijkse « product ».  Een nieuwe wending, die veel verder gaat dan louter cosmetische motieven, in een sector die al eeuwenlang gewend is aan grote formaten. “Dit zijn beslissende veranderingen. Het compacte formaat, dat bij onze nieuwe persen kwam, stelde ons in staat tijdschriften te publiceren en in andere segmenten en niches te investeren,” verduidelijkt Denis Pierrard, algemeen directeur van de IPM groep, uitgever van La Libre en de DH.
De missie van de krant, in een informatiemarkt die wordt doorkruist door een groeiend aantal lokale en internationale actoren, is veranderd: “Le Soir, dat in 2017 zijn 130e verjaardag vierde, doet nog steeds hetzelfde werk, informeren, maar met enigszins andere methoden en doelen,” gaat Bernard Marchant verder. “In de jaren 1960 deden we minder analyse en verspreidden we meer gewoon ruwe informatie. Vandaag proberen we voor meer diepgang te zorgen. We denken dat de ‘krant die alles doet niet meer bestaat. We zijn nu meer gesegmenteerd, wat ook de groepslogica van Rossel weerspiegelt, waarbij de titels mikken op complementaire lezers.”
S1020009
« All the news that’s fit to print » : voor het bekende leidmotief dat al bijna 120 jaar het motto is van The New York Times, net als voor alle andere kranten ter wereld, gaat het niet alleen om het afdrukken van het nieuws, maar ook om het eerst online te publiceren. In dit digitale tijdperk zou het beter « All the news that’s fit to share » zijn. De overgang naar digitaal mobiliseert binnen de twee redacties, met constante reflecties. Maar zowel aan de Koningsstraat als aan de Frankenstraat lichten ze de mogelijkheden van het web toe.  De rekrutering van « digitale » abonnees compenseert geleidelijk aan de al lang de bestaande daling van de papieren verkoop. De koppeling tussen gratis en betaalde content wordt verfijnd, midden in een markt waar iedereen op zoek is naar de juiste balans. Het web en de smartphones hebben het gemiddelde publiek van de twee titels verjongd, een essentiële uitdaging voor de ontwikkeling van mediamerken. En met een knipoog naar het verleden,
En met een knipoog naar het verleden “kunnen we zeggen dat, rekening houdend met onze doelgroep op het web, het bereik van Le Soir vandaag niet anders is dan wat het was in 1958. Het ligt waarschijnlijk nog hoger,” besluit Bernard Marchant. Volgens Dorian Meeûs, hoofdredacteur van La Libre, “moeten we nu kijken naar drie verschillende doelgroepen: die van papier, die van het betaalde internet en die van het gratis web. Zij hebben elk hun logica, terwijl ze tot dezelfde community behoren. Het is onze uitdaging als kwaliteitsmedia om alle drie tevreden te stellen. We doen enquêtes, we testen formules en proberen een specifieke link te behouden met elk type publiek. Het internet stelt ons voor een uitdaging, maar met onder meer data en hulpmiddelen voor het creëren van informatie hebben we wapens om terug te vechten.”