Magazines & success stories

Wilfried leest als een roman

« Al sinds het eerste nummer van Wilfried, in 2017, krijg ik de vraag of het magazine ‘marcheert’ », lacht hoofdredacteur François Brabant. Zijn antwoord daarop? Dat Wilfried het, in een periode waarin weleens ontslagen vallen binnen bedrijven, net tegenovergesteld doet; « In 2020 gingen we van één naar drie werknemers en van drie naar vier nummers per jaar, plus speciale editie en twee nieuwe titels (Wilfried NL en Eddy). We hielden ook de eerste algemene vergadering van Wilfried als coöperatieve vennootschap, samen met 380 coöperatieleden. Dat is wat ons model zo goed als uniek maakt, omdat ons kapitaal voornamelijk afkomstig is van burgers die ervoor gekozen hebben om ons tijdschrift te financieren. » Wilfried bereikt meer en meer de vier uithoeken van Wallonië en Brussel, zegt Brabant. « Qua leeftijd bereiken een publiek van 18 tot 95 jaar. Dat zijn heel uiteenlopende profielen. Op een jaar tijd hebben we ons abonnee-aantal zelfs bijna verdubbeld. Voor nummer 13 telden we 1500 abonnees en 4000 exemplaren in losse verkoop, wat vandaag de dag zeker niet slecht is. »

En online? « We hebben geïnvesteerd in een nieuwe website, waar nog meer content op staat dan vroeger, maar het online-gedeelte blijft toch vooral een etalage. Er zijn wel plannen voor een digitaal aanbod, maar dat zal voor 2022 zijn. 2020 was het jaar van de projecten, 2021 zal het jaar van stabilisatie zijn waarin we willen aantonen dat alle deze investeringen levensvatbaar zijn. »

Autogids aan het stuur

Voor Le Moniteur Automobile, Autogids en Autowereld stond 2020 helemaal in het kader van passie, zo zegt redactiedirecteur Vincent Joye. « We hebben laten zien dat we ons kunnen aanpassen aan uitzonderlijke situaties, ondanks de gesloten verkooppunten en de maar half draaiende automarkt. We mogen tevreden zijn met de evolutie van onze titels en vooral met de digitale sprong die we gemaakt hebben. »

Het coronajaar versterkte de drang naar digitaal in alle sectoren, maar dat niet alleen: « het was ook onze kans om onze titels te herdenken. Le Moniteur Automobile en Autogids kregen een nieuwe lay-out en nieuw papier en de online content werd uitgebreid. Eigenlijk is 2020 een trendversneller geweest, waardoor onze teams veel ervaring hebben opgedaan. »

De link tussen de online en offline activiteiten maakt het mogelijk om dezelfde content te consumeren, maar dan op een andere manier: « We merken dat het profiel van onze lezers vrij divers is. Zo zijn er de liefhebbers, die vooral kiezen voor print, en zijn er de mensen die bij de aankoop van een nieuwe wagen op zoek gaan naar online advies. »

Hoe 2021 er zal gaan uitzien? « We blijven vertrouwen op onze zeer sterke titels, want die zijn essentieel voor onze reputatie, maar ook op de ontwikkeling van onze digitale initiatieven. Daarnaast gaan we onze website herontwerpen om verder te bouwen op de ervaring die we in 2020 hebben opgedaan, gaan we onze ervaring op sociale media versterken en zullen we ook onze online content verbeteren. »

Sirop loopt over van passie

Boulettes Magazine, het Luikse webzine van Kathleen Wuyard en Clément Jadot, was duidelijk nog maar het begin voor de twee journalisten. Hun meest recente uitdaging? Afstand nemen van de lokale pers gericht op nieuws en feiten en met iets helemaal anders op de proppen kommen. En zo ontstond Sirop, een idee dat de dames al lang voor ogen hadden. Met de sterke comeback die de traditionele pers maakte zagen ze de lockdown als het perfecte moment om aan de slag te gaan. Ambachtelijk schrijven, piekfijne beelden, slow advertising en goodvertising: Sirop staat helemaal in het teken van waar het duo voor wil staan. « Dat is ook het voordeel van een kleine redactie als de onze. We doen alles zelf, wat wil zeggen dat we het overzicht gemakkelijk bewaren, » vertelt Clément Jadot. 

Hoewel het gratis tweemaandelijkse blad (met een oplage van 3.000 exemplaren voor het eerste nummer) een sterke focus heeft op Luik, is Sirop ontworpen om op nationale schaal gelezen en gewaardeerd te worden. Hun ambities en doelstellingen voor de toekomst? « Het idee met Sirop was om het resultaat en het begin van een project te laten zien. De volgende gok is een nog beter product maken met de ervaring die we rijker zijn. We willen het magazine bekendmaken bij een community van adverteerders. We hebben daarom een potentiële uitbreidingsstrategie op de lange termijn, maar we zijn ook met andere projecten bezig. »

Médor, een onafhankelijk succesverhaal

Het onafhankelijke magazine Médor werd opgericht in 2012 met als doel kwaliteitsjournalistiek te leveren in volle mediacrisis. Zeven jaar later zag zijn online tegenhanger het daglicht. De site diende tot dan alleen als etalage. Vandaag is Médor zowel op papier als online te lezen, volgens een coöperatie-model waarbij solidariteit en transparantie de sleutelwoorden zijn. Tijdens de coronacrisis wilde het blad vooral herkapitaliseren, om de website te ontwikkelen: « En we hebben 96% van die herkapitalisatie bereikt, » zegt Laurence Jenard, directrice van Médor. « Qua abonnementcijfers zitten we een beetje achter, maar ze waren dan ook ambitieus. »

Online en print zijn intussen één geworden. De papieren content is voor alle abonnees te vinden op het internet: « Onze keuze was om het hele model op een allesomvattende manier te ontwikkelen. We zitten nog niet aan het aantal lezers dat we verwacht hadden, maar Médor wordt stilaan een referentiemedium, althans wat zijn aanpak betreft. De algemene observatie is dat Médor in een context van crisis en wantrouwen jegens de media werkt omdat mensen vertrouwen hebben in ons model.​ »

Commercieel in evenwicht zijn tegen 2023, het webgedeelte zichtbaarder maken en steeds meer lezers overtuigen, dat zijn de ambities van Médor, met nog steeds als oorspronkelijke missie om meer transparantie in het democratische debat te brengen.

Flow Magazine : « paper is the new yoga »

Op 13 jaar tijd veroverde Flow bijna de hele wereld. Het boekje tegenkomen op reis, zoals oprichtster Irene Smit overkwam in Maleisië, kan dus altijd gebeuren. Het succes is intussen zo groot dat Flow intussen in het Nederlands, Duits, Engels en Frans verschijnt. Het magazine telt daarom meerdere actieve taalgemeenschappen, zeker ook via de sociale netwerken.

 Flow biedt een zintuiglijke ervaring op 139 pagina’s. In het blad vindt u postkaartjes, stickers, posters, notitieboekjes en meer. Die ‘papieren goodies’ zijn het handelsmerk van het magazine. « Iedere pagina is een soort cadeau voor de lezer. ‘Y’ staat voor ‘you’, ‘O’ voor ‘organized’, ‘G’ voor ‘gift’ en ‘A’ voor ‘attention’. Papier is het nieuwe yoga, daar ben ik van overtuigd, » vertelt Irene Smit. In tegenstelling tot het papieren magazine wordt het online gedeelte door een steeds jonger wordend publiek gelezen. Flow speelde in op die verschuiving door nieuwe formaten op sociale netwerken op te zetten zoals ‘online trainings’ of ‘talks’ met de redactie. Op die manier versterkte het magazine haar nabijheid met verschillende community’s. De oprichtster vindt het belangrijk om « een geweldig tijdschrift te maken en online te groeien », maar een van haar prioriteiten is ook het zorg dragen van haar team, zeker in deze moeilijke tijden.