‘Mijn pop-up tv-show’: over formatfabrieken en cultuurverschillen

Vlaamse televisieformats duiken ook massaal in het buitenland op, al schreeuwen wij Vlamingen niet graag van de daken dat we ergens goed in zijn: eigen lof stinkt. Om onze televisie te bewieroken, ging PUB dus op zoek naar twee Nederlanders met minder schroom – en met ruime ervaring in de distributie van... Vlaamse formats!

“De ontwikkeling van een nieuw tv-programma is een onzeker proces dat enorm veel tijd, geld en energie kost,” stelt Gepke Nederlof, managing director bij Be-Entertainment (onderdeel van DPG Media). “Dankzij formats kan je de doorlooptijd echter verkleinen: je hoeft niet lang meer na te denken maar kunt sneller van start naar uitzending gaan.” Het succes van Vlaamse formats valt volgens haar te verklaren door een aantal factoren, waaronder niet in het minst de beperkte budgetten: daardoor is Vlaanderen een goede testmarkt voor ideeën – al benadrukt ze dat het succes van een format nog steeds afhangt van de originaliteit. 

Tijd is geld

“Als je het hier kan maken, dan kan het overal – want de Vlaamse budgetten zijn zeer laag in vergelijking met het buitenland,” beaamt Simone de Pruyssenaere de la Woestyne, director sales & acquisition bij Primitives (dat formats van verschillende Vlaamse productiehuizen internationaal verdeelt). Volgens haar heeft het succes van Vlaamse formats echter ook te maken met een bepaalde tone of voice: “Vlamingen gieten vaak een speciaal sausje over hun programma’s dat het geheel iets charmants geeft. Vanuit Nederland kijken zowel ikzelf als vele andere professionals uit de sector met jaloezie naar de kwaliteit van de Vlaamse series. Volgens mij besteedt men hier ook gewoon meer aandacht en tijd aan het maken van goede televisie.”

(...)

LEES HET VOLLEDIGE ARTIKEL IN PUB MAGAZINE