Kneedwerk en aandacht

Destijds behaalde ik een onderwijsdiploma voor ik Communicatiewetenschappen begon te studeren. En al heb ik nooit lesgegeven, die onderwijskriebel ging nooit helemaal weg. De afgelopen tijd heb ik vaak gepraat met creatieven, maar ook met docenten van creatieve opleidingen en met hun studenten. En wat me tijdens die gesprekken opviel: in onze sector is er echt een kloof tussen wat scholen afleveren en wat communicatiebureaus verwachten.

Er is een probleem met de instroom van jonge mensen in onze sector. Enerzijds evolueerde deze sector zeer sterk, waardoor de klassieke creatieve opleidingen niet 100% afstemmen op de noden van de creatieve industrie. Maar anderzijds volgt een honderdtal studenten een creatieve opleiding waarvan we nu al weten dat nog niet de helft ervan de binnenkant van een communicatiebureau zal zien; niet elke student vindt immers een degelijke stageplaats in onze sector. Wat toch wel vaak een voorwaarde is om überhaupt in de sector te starten. Dat is jammer, want met enig kneedwerk en de nodige aandacht kan je wel degelijk creatieve pareltjes kweken.

Opdat talent niet verloren zou gaan, moeten bureaus meer, en vooral anders investeren in jong talent. “Ja maar,” hoor ik bij creative directors: “Het aantal stageteams dat ik onder mijn hoede kan nemen is beperkt.” Hun tijd is beperkt. Alle begrip. Waarom dan geen stagiaires onder de vleugels van senior creatieven laten werken? Zo zoeken studenten onder begeleiding mee naar oplossingen voor échte problemen en leren seniors hoe prille ideeën te herkennen en groter te maken bij jong talent. En trouwens, wie zegt dat een stageteam altijd uit twee personen moet bestaan, en niet uit drie? Dat is een zaak van extra tafels en stoelen. Er bestaat niets mooiers dan je eigen passie door te geven aan anderen die er voor open staan.