Van journalist naar digitproducent

Vertaalde artikels

Newsmedia / Lezer bepaalt moment en context van nieuws

·        De doorbraak van digitale media herdefinieerde het beroep van journalist.
·        België is een klein land, samenwerking breekt door bedrijfs- en mediamuren
·        Crossmedialiteit creëert nieuwe commerciële mogelijkheden voor uitgevers en adverteerders.

Nu de VRT en de VMMA speciale apps gebruiken waarmee journalisten videobeelden en foto's kunnen doorsturen, dringt een nieuwe definitie van crossmedialiteit zich op. Leveren journalisten straks in de eerste plaats digits af?
Een ‘early adopter’ van crossmedialiteit is Roularta Media Group. “De catalysator was de newsroom, de redactie die instaat voor alle websites,” verteltJos Grobben, uitgeefdirecteur bij Knack. Informatie delen tussen redacties gebeurt op twee manieren, legt hij uit. De eerste is de formele: de hoofdredacteur beslist welke informatie wordt gedeeld. Ook op de werkvloer zijn crossovers legio. “De corebusiness van onze bladen is diepgang en analyse,” zegt Jos Grobben. “In tegenstelling tot een krant, die vooral hard nieuws brengt, kunnen wij niet alles meteen op het net gooien. De hoofdreacteur beslist, dat is de regel. En er is permanent overleg over wat we vrijgeven op de site.”
De tweede manier waarop informatie wordt gedeeld, is de mogelijkheid om via het redactiesysteem NewsGate te zien waar andere redacties mee bezig zijn. Er is overlapping, al heeft elk blad zijn lezersprofiel. En dus zijn er ook journalisten die voor meerdere media werken, zegt Jos Grobben “Al geldt ook hier dat de hoofdredacteur beslist. Wat ook kan: Kanaal Z ziet wat een redactie wil brengen en neemt contact op met de journalist om te vragen wie zijn contactpersoon is, om beelden te kunnen schieten.”

Primeurs
Die crossmedialiteit is inhoudelijk geïnspireerd, al sluit Jos Grobben andere invalshoeken niet uit. “Redacties krijgen soms de vraag of ze iets willen doen met de resultaten in primeur van een enquête, aangebracht door een adverteerder. Is het antwoord negatief, dan is dat zo, redacties krijgen nooit iets opgelegd. Er is wel dialoog en dat groeide de afgelopen tien jaar. Er zijn geregeld contacten tussen regie en redacties, ook om te bespreken wat kan en wat niet. De scheiding tussen redactie en regie is er nog altijd, maar er wordt gepraat en de installatie van de newsroom versnelde dat proces.”
Dat de functie van journalist bij dat alles veranderde, behoeft geen betoog. “Journalisten braken uit hun cocon,” zegt Jos Grobben. “Ze worden gevraagd om een opinie te leveren voor de onlineredactie, of om commentaar te leveren op Kanaal Z. Ik zie net Mathias Nuttin van Inside Beleggen praten met Veronique Goossens van Kanaal Z, terwijl ik weet dat hij ook iets zal schrijven voor Knack. Journalisten worden multi-inzetbaar. Toen Yves Leterme een paar jaar geleden even niet met de pers praatte, stond hij toch een interview toe aan de Krant van West-Vlaanderen. Andere redacties werden meteen op de hoogte gebracht.”

Web first
Mediafin voerde in 2008 een web first-politiek in. Crossmedialiteit is sindsdien ingebakken in de dagelijkse werking. “Onze journalisten wisselen tussen teksten voor de krant, de website of het breaking news zonder dat ze het gezamenlijke MME-systeem verlaten. We hebben dus één geïntegreerde redactie voor online en offline. Wij zijn per definitie crossmediaal, in organisatie én in productiesysteem,” zegt algemeen directeurDirk Velghe.
De tabletkrant – die in april volledig wordt vernieuwd en nieuwe functies meekrijgt – heeft een positief effect op de papieren krant: de verkoop steeg in de eerste maanden van 2013. Hoe verschillend zijn krant en website? “De website is er voor het onmiddellijke nieuws,” zegt Dirk Velghe. “De krant is er voor analyse en duiding. Echt nieuws, dat is misschien maar een keer of tien per jaar. De krant versterken we op andere manieren. In mei vernieuwen we de weekendkrant, we zien dat die belangrijk is voor ons totaalaanbod. En de website maken we in het najaar nog toegankelijker, gericht op ‘ondernemen’. We beginnen ook met een eigen beleggerscommunity.”
En samenwerking met andere media? Die start in eigen huis, waar de redacties van L’Echo en De Tijd over dezelfde ‘grondstof’ beschikken. “In functie van het DNA van de lezer levert dat verschillende kranten op,” zegt Dirk Velghe. “Daarnaast bezorgen wij aan de economische redactie van De Morgen een basisfeed. Zij selecteren daaruit en voegen daar eigen artikels aan toe. Primeurs zitten daar natuurlijk niet bij. Andere samenwerkingen zijn er niet, al zien we dat radiozenders van de VRT en VMMA geregeld een beroep doen op onze journalisten voor duiding. Afspraken bestaan daar niet over.”

Verhaal van kansen
Bij de VRT is crossmedialiteit geen bevel maar een verhaal van kansen, zegt algemeen hoofdredacteur Luc Rademakers. Crossmedialiteit uit zich in de eerste plaats aan de bron. “Alle inkomende informatie wordt gedeeld," legt Rademakers uit. "Wat er vervolgens mee gebeurt, is afhankelijk van de mediavorm. Op televisie alleen al hebben we 12 programma’s, de eindredacteuren nemen de beslissingen. Vervolgens is er het overlegmodel. Bij de pausverkiezing wist iedereen wat er elders binnen de VRT gebeurde en dat informatie werd gedeeld. De output was telkens anders.”
Een journalist bij de VRT mag en kan voor meerdere media werken, maar is daar niet toe verplicht. “Ze moeten vooral doen waar ze goed in zijn,” zegt Luc Rademakers. Sommigen werken voor één medium, anderen voor drie. Je moet die journalisten in ieder geval de kansen daartoe bieden, vindt Rademakers. Ook voor columns op de website. Soms krijgen journalisten de vraag om columns te schrijven, in andere gevallen stellen ze dat zelf voor. Maar de hoofopdracht opzijschuiven voor een column, dat kan niet. Jonge journalisten ziet Luc Rademakers graag op alle deelredacties proefdraaien. “Dat is helaas niet altijd mogelijk, omdat ze meestal een bepaalde vacature opvullen. Wel valt de focus op het medium weg. Facebook, twitter of audio: het zijn middelen, geen doel. In die zin is het begrip ‘crossmedialiteit’ deels achterhaald.”
Met de RTBf bestaat een structurele lijn, al is het niet zo dat er dagelijks informatie wordt gedeeld. Hetzelfde met regionale zenders en andere nationale zenders. “Voor officiële gelegenheden zoals met de koning, is dat soms nationaal geregeld, voor andere onderwerpen sluiten we adhoc-samenwerking nooit uit,” zegt Luc Rademakers.

Synergie
RTL Belgique stelt sinds 1 februari 2013 nieuws- en entertainmentvideofragmenten ter beschikking van andere uitgevers. 7sur7.be (De Persgroep) en de websites van Sudpress en Le Soir (Rossel) en van L’Avenir (Corelio) gingen al op het aanbod in, met andere media wordt nog gepraat, zegt Jean-Jacques Deleeuw, directeur newmedia bij RTL Belgique. Exclusiviteit is er niet. De partners betalen geen vaste som, maar een deel van de commerciële opbrengsten, legt hij uit. En als wordt bericht over RTL-programma’s, kunnen beeldfragmenten van die programma’s worden gebruikt. Met Top Santé en Vroom bestaat ook een vorm van samenwerking, maar dat is op beperktere schaal. Die samenwerking deed RTL meer video’s op de eigen website zetten, het aantal verdubbelde sinds eind 2011. En hoe verloopt de interne crossmedialiteit? Die zit ingebakken in de bedrijfscultuur, antwoordt Jean-Jacques Deleeuw. “Elke journalist werkt voor zijn eigen medium. Toch is er een grote uitwisseling van informatie. Van radio naar televisie, van televisie naar site of zelfs Facebook. Er is heel veel synergie. Beelden worden gedeeld, al kan de output anders zijn, afhankelijk van de journalist die ermee aan de slag gaat.” En het gevecht om primeurs? "Die was er in de beginjaren, intussen is dat gestroomlijnd. Er is één redactiedirectie met daaronder de chefs per medium. Als er dicussie is, valt de beslissing op directieniveau. Dat is puur een kwestie van organisatie.”

Eigen profiel primeert
Krantengroepen als De Persgroep en Corelio gaan heel anders om met het verschil tussen online en offline (zie elders in dit nummer). Zo werkten de redacties van Het Laatste Nieuws en van de nieuwssites hln.be/7sur7.be naast elkaar. En Het Laatste Nieuws stelt sportartikels ter beschikking van De Morgen, waar een selectie wordt gemaakt in functie van het lezersprofiel. Bij Corelio werken Het Nieuwsblad en De Standaard op hetzefde redactiesysteem, alle inhoud is voor iedereen beschikbaar. De output is verschillend, al zijn er structurele afspraken voor de sport- en regiopagina's, waar De Standaard stukken overneemt van het zusterblad. "Vroeger nam Het Nieuwblad meer stukken over voor andere sectoren, zoals politiek, maar dat nam af," zegt uitgeverGert Ysebaert. "De positionering van beide kranten is verder uit elkaar gaan liggen. Soms wordt samengewerkt, op een natuurlijke manier. Als er 'issues' zijn, bijvoorbeeld over een primeur, beslissen de hoofdredacteurs. Hetzelfde probleem rond primeurs stelt zich trouwens ook tussen krant en website."
Met L'Avenir kan uiteraard ook worden samengewerkt, al gebeurt dat niet vaak want die is als regionale krant minder sterk in Brussel. En dus werkt De Standaard vaker samen met Le Soir - en met de buitenlandse kranten NRC en The Guardian. Niet met regionale radio of televisie, wel met Zoomin.TV, dat op zijn beurt samenwerkt met regionale televisie, en met de VRT én de VMMA, die rechtstreeks (VMMa) of via Belga (VRT) beelden ter beschikking stellen.
Gert Ysebaert ziet dat crossmediale intensiever worden: "Het eigen profiel primeert. Maar als samenwerking interessant is voor onze lezer of surfer, dan doen we dat." Zo werken Corelio, De Persgroep en Concentra samen voor de sportuitslagen. Dat is namelijk geen punt waarmee je je kunt profileren. Met de SBS-zenders, waarmee Corelio aandeelgewijs is verbonden, bestaat geen redactionele samenwerking, ook al omdat VIER en Vijf geen nieuwsuitzendingen hebben. Wel is er de commerciële samenwerking met Humo Media, Sanoma Media en SBS Belgium binnen de crossmediale mediaregieThe Pool.

Uitgevers diepen de crossmedialiteit van hun nieuwsmerk voortdurend uit. De manieren waarop ze dat doen, is verschillend, al zien we één constante: de lezer bepaalt in steeds hogere mate de manier en het moment waarop nieuws, duiding en context wordt geconsumeerd. Crossmedialiteit is een middel, geen doel. Het komt erop aan de crossmedialiteit zo goed mogelijk af te stemmen op de wensen van die lezer.